dinsdag 8 november 2005

Erfenis van Ezter

Sandor Marai

De charmante Lajos, de geliefde van Eszter, wordt door iedereen op handen gedragen. Maar Lajos is een leugenaar, een bedrieger en een dief. Hij neemt Eszter bijna alles af, verraadt haar met haar zus en verdwijnt uit haar leven.
Twintig jaar leidt Eszter vervolgens een teruggetrokken bestaan. Haar oude wonden helen heel langzaam. Maar dan dient Lajos zich weer aan.
Deze man waarvan Eszter hield, is een bedrieger, op alle vlakken, en zij weet het. Het is teruggekeerd om haar opnieuw te bedreigen en haar van alles te beroven wat zij, ook materieel, zo moeizaam had opgebouwd. Het boek gaat voornamelijk over die ene dag van zijn terugkeer.
Pure tragiek. Eszter zelf ademt sereniteit en harmonie uit. Het huis dat zij deelt met haar tante is symbool daarvan. Dat dit haar ook wordt ontnomen, voltrekt zich als een soort noodlot, waar zij niet tegen in verzet komt.
In De erfenis van Eszter gaat het om de eenzaamheid en het voorbijgaan van de meedogenloze tijd die oude wonden nooit heelt, de wreedheid van herinneringen waarin hartstocht en verraad steeds weer in scène worden gezet, en het weerzien met iemand die alle gevoelens van liefde, haat en verdriet opnieuw aanwakkert. Het verhaal dat hierdoor ontstaat reikt echter verder en tracht morele principes te ontdekken voorbij de traditionele scheiding in goed en kwaad.

Pagina's